Regelgeving

Regelgeving aangepaste stoel volgens Rzv2009

Artikel 2.33: Inrichtingselementen van woningen
1. Hulpmiddelen als bedoeld in artikel 2.6, eerste lid, onderdeel ee, omvatten, indien de
verzekerde langdurig daarop is aangewezen:

a. aan functiebeperkingen aangepaste tafels;
b. aan functiebeperkingen aangepaste stoelen, indien sprake is van problemen bij het
zitten en niet kan worden volstaan met een stoel die voldoet aan de normale
ergonomische eisen en niet uitsluitend sprake is van vetzucht, reuzen- of dwerggroei,
waarbij de stoelen zijn voorzien van een of meer van de volgende functies of aanpassingen:

1º. specifieke polstering;
2º. abductiebalk;
3º. arthrodese-zitting;
4º. pelottes voor zijwaartse steun;

Het onderdeel inrichtingelementen voor woningen heeft voornamelijk betrekking op aan een
functiebeperking aangepaste stoelen (vroeger: aan een handicap aangepaste stoel). Onder
een aan een functiebeperking aangepaste stoel wordt verstaan een stoel die voorzien is van
persoonsgebonden aanpassingen dan wel door verstellen aanpasbaar is, zodanig dat deze
stoel hiermee compensatie biedt voor een functiebeperking, die niet op eenvoudige wijze
kan worden gecompenseerd door aanschaf van een in de reguliere meubelhandel
verkrijgbare stoel.
De verzekerde heeft aanspraak op een aan een functiebeperking aangepaste stoel indien hij
problemen heeft met het zitten en hij niet kan volstaan met een stoel die voldoet aan de
normale ergonomische eisen. Er is een zitprobleem als bijvoorbeeld sprake is van een
balansprobleem, ernstige scoliose, spasticiteit of van een bewegingsbeperking in heup of
knie. Problemen op het gebied van staan of lopen vormen geen indicatie voor de
verstrekking van een aangepaste stoel. Bij loopproblemen kan bekeken worden of de
verzekerde in aanmerking komt voor verstrekking van een loophulpmiddel als bedoeld in
artikel 2.17. Uitsluitend rugklachten, niet anders dan pijnklachten in de lage rug, die
aanleiding geven tot zitproblemen, vormen ook geen indicatie voor verschaffing van een
aangepaste stoel. Er bestaat geen recht bij vetzucht, reuzen- of dwerggroei.
Onder aanpassingen die voldoen aan de normale ergonomische eisen, worden de volgende
aanpassingen begrepen: neksteun, hoofdsteun, beensteun, lendensteun, verstelbare
rugleuning, voetsteun, verstelbare zitting, verstelbare armleuning, aanpassingen met
betrekking tot zithoogte, zitdiepte of zitbreedte. Indien de verzekerde een dergelijke
aanpassing wenst, kan worden volstaan met de aanschaf van een passende stoel voor eigen
rekening. Zogenoemde seniorenstoelen en andere stoelen voor bepaalde leeftijdsgroepen
vallen niet onder de hulpmiddelenzorg. Op een aanpassing van een stoel met een
trippelfunctie bestaat recht op grond van artikel 2.17.
—–

Noot van Mark Schorfhaar:

In de praktijk komt het er bij een balansprobleem op neer dat een toepassen van een kuiprug niet altijd een goedkeuring inhoudt. Vaak is een balansprobleem te verhelpen door gebruik te maken van een kantelmechanisme in de aangepaste stoel (staopstoel). Zodra een orthese noodzakelijk is voor een goede zithouding is dit wel binnen de regelgeving.

Bij een kyphose kan het gebruik van een goed nekkussen al veel extra ondersteuning geven. In dit geval valt het ook niet binnen de regelgeving en komt men niet in aanmerking voor een vergoeding.